Baai met wit strand, gladde rotsen en groene struiken
Australië

Week 11 – van de lege Nullarbor naar de perfecte baaien van Esperance

Maar liefst vijf dagen hadden we ingepland voor Esperance en het Cape Le Grand National Park in West-Australië. Het idee was dat we dan tijd zouden hebben om te relaxen aan het strand. Zoals wel vaker als we dat plan opvatten, werkte het weer helaas niet mee. We brachten dan ook veel tijd door met koukleumerig wachten bij stranden totdat de zon even doorbrak. Maar vooruit: als dat dan eindelijk gebeurde, waren het turquoise water en het spierwitte strand de moeite van het wachten meer dan waard.

Zondag: ruim 700 kilometer rijden over de Nullarbor

Gisteren zijn we begonnen aan de oversteek van de Nullarbor, 1400 kilometer rijden tussen de dorpen Ceduna en Esperance. Deze ochtend vertrekken we al om zeven uur, want we moeten maar liefst 700 kilometer rijden naar onze volgende kampeerplek. We stoppen alleen een paar keer bij de spectaculaire Bunda Cliffs, maar verder is het rijden. Vooral rechtdoor! We rijden zelfs over het langste rechte stuk weg van Australië, zo’n 140 kilometer lang. Onderweg passeren we de staatsgrens tussen South Australia en Western Australia. Dat betekent alle groenten en fruit weggooien en de camper wordt geïnspecteerd op verse etenswaren, die de grens niet over mogen. De tijd gaat anderhalf uur terug, waardoor we uiteindelijk al op tijd bij Camping Balladonia zijn. Het grootste deel van de Nullarbor zit erop!

Bunda Cliffs Australië

Maandag: de Great Ocean Drive bij Esperance

We hoeven maar 400 kilometer te rijden vandaag. Eitje! We vertrekken alweer vroeg en maken een pitstop in het dorp Norseman, waar we de lekkerste cheesecake ooit eten. Daar ontmoeten we een stel dat we al eerder hebben gesproken en zij melden dat het de komende dagen slecht weer wordt in Esperance. Dit is waarschijnlijk de laatste mooie dag van de week. Balen, want we komen naar Esperance voor de prachtige stranden en hadden gehoopt op een paar dagen relaxen. We besluiten om snel door te rijden naar Esperance en die middag nog de Great Ocean Drive te rijden, een loop van veertig kilometer langs de westelijke stranden van Esperance. We zijn blij dat het weer zich deze middag nog goed houdt, want echt: de stranden zijn schitterend, met knalblauw water en wit zand. En de grote groep dolfijnen voor de kust is ook prachtig om te zien.

Dinsdag en woensdag: Esperance en omgeving verkennen

Deze twee dagen doen we hetrustig aan. Het weer is erg wisselvallig, maar we rijden toch naar het mooie Wylie Bay, waar we net wat zon treffen. We bezoeken ook een exacte replica van het Engelse Stonehenge, zoals het was toen het gebouwd werd. Australië zit vol met dit soort excentrieke bezienswaardigheden. Verder wandelen we in een krankzinnige wind over de lange jetty (steiger) van Esperance en nemen we een kijkje in het atelier van een kunstenares die prachtige objecten van gerecyled glas maakt. De Lucky Bay Brewery buiten Esperance blijkt ook een highlight: hier brouwen ze lekkere craftbiertjes en je kunt er prima pizza’s eten. Tot slot doen we het huishouden. Kleding wassen, tanken, water bijvullen in de camper, naar de kapper gaan, boodschappen doen: het hoort er allemaal bij. 

Donderdag: in een storm naar Cape Le Grand National Park

Al in november had ik onze camping in Cape Le Grand National Park geboekt, een natuurgebied veertig kilometer ten oosten van Esperance. Er zijn hier twee campings met maar weinig plekken en die zijn vrijwel altijd vol. Op tijd boeken dus! Ik wist natuurlijk niet dat ik net de twee dagen had geselecteerd met een weerswaarschuwing voor een storm en regen. Al zien we daar niets van als we opstaan: het is strakblauw. In korte broek rijden we vrolijk naar Wharton Beach net voorbij het Cape Le Grand National Park. Rechtstreeks de weerswaarschuwing in. Het is donkergrijs, het stormt en het regent. Maar de zee is zelfs in dit weer helder turquoise, het strand is lang en wit en overal groeien fotogenieke banksia-struiken, met stekelige gekleurde bloemen. We besluiten maar een boek te pakken en te wachten tot het opklaart. Dat wachten duurt een paar uur, maar dan kunnen we toch een rondje lopen met een zonnetje erbij. Al durven we de klif boven zee niet helemaal op te klimmen, want het waait echt belachelijk hard.

Kamperen in Cape Le Grand National Park

Halverwege de middag rijden we Cape Le Grand binnen en zoeken we onze camping op. Er zijn maar veertien plekken en we zitten direct aan zee. Top! We krijgen vrijwel meteen bezoek van een kangoeroe, die elke middag op onze kampeerplek komt eten. Gras en struiken genoeg om aan te knabbelen. Hier houden we het wel een paar nachten vol.

Vrijdag: de spectaculaire stranden van Cape Le Grand bezoeken

Het weer houdt nog steeds niet over, maar de wind is enigszins gaan liggen. Af en toe waait er een bui over, maar er is ook genoeg zon. Gelukkig, want zo’n park vol stranden is lang niet zo mooi als het regent. We bezoek het beroemde Lucky Bay, met heel fijn en spierwit zand, bewonderen het prachtige Thistle Cove en Hellfire Bay en maken een paar korte wandelingen. Cape Le Grand is echt prachtig, met enkele van de mooiste stranden die we in heel Australië gezien hebben.

Zaterdag: het heldere water van het verrassende Bremer Bay

We staan vroeg op voor de zonsopkomst en onderweg naar een uitzichtpunt komen we twee kangoeroes tegen. Dat blijft leuk! Rond acht uur rijden we weg, want we hebben weer 450 kilometer op de planning staan. We slapen in het kleine plaatsje Bremer Bay, dat mooie baaien schijnt te hebben. We rijden vier uur lang door het niets, met alleen af en toe een roadhouse en wat boerderijen. Het lijkt de Nullarbor wel, maar dan met bomen. Onze verwachtingen van Bremer Bay zijn niet speciaal hoog, maar de baai hier blijkt spectaculair. We hebben zelden zulk helder water gezien en het strand is prachtig. Bovendien heeft Bremer Bay een leuke microbrewery waar je ook prima kunt eten.

Naar Frans-Polynesië en de Marquesas

Hier hadden we best nog wat langer willen blijven, maar onze volgende bestemming wacht. Over vier dagen leveren we onze camper in in Perth en vliegen we naar Frans-Polynesië. Hier stappen we op een schip dat half cargoschip en half cruiseschip is, en dat de afgelegen Marquesas-eilanden bevoorraadt. De wifi schijnt belabberd te zijn (logisch ook, met die afgelegen locaties), dus waarschijnlijk komt er volgende week geen weekverslag. Dat volgt als we weer vaste grond onder de voeten hebben!

Lees mijn eerdere weekverslagen

3 reacties op dit artikel

  1. Wat een prachtige foto’s, stuk voor stuk! Jullie hebben toch nog best veel geluk met het weer! 😀 De foto met de camper erop doet me eraan denken: heb je ook foto’s gemaakt van de camper zelf? En het interieur etc? Wellicht leuk om een artikel over te maken? Ik ben wel benieuwd hoe dat er dan uitziet en hoe krap (of juist hoe ruim!) het binnen is. Maar misschien ben ik de enige bezoeker die dat nog niet weet hoor, haha.

    1. Dat heb ik zeker gedaan en ik maak er nog een artikel over! Dat is inderdaad leuk om te zien 🙂 En dank je wel, het weer was de laatste week inderdaad best ok!

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven